Hoofdmenu
Over Forces... Thema's Posters Media Vliegen Links Forces NL Forum Discussies Commentaren Steun Forces Archief Horror Stories Artikelen Analyses
Navigatie
Hoofdpagina Terug
Internationaal
Forces Psychiatry
Canada
Toronto
Manitoba (email)
Italy
New Zealand
UK (email)
Russia
VS afdelingen
California
Connecticut
Delaware
Duluth
Georgia
Indiana
Maine
Massachusetts
Minnesota
Rochester
USA
Virginia
Affiliates
Smokers' Club
NYC C.L.A.S.H.
Smoking Paradise
MA Citizens for
Freedom
Real Texas Freedom
Ontario Smoking
Forces Comité
van Aanbeveling
Forces Nederland
E-Mail:
info@forces-nl.org
| |
Dreigende longziekte COPD is goed op te sporen bij rokers
Alle 35- tot 70-jarige rokers lopen een forse kans om chronische bronchitis of longemfyseem (samengevat: COPD, ofwel chronic obstructive pulmonary disease) te krijgen. COPD leidt langzaam tot de dood. De ziekte rukt wereldwijd op tot de derde doodsoorzaak, na kanker en hart- en vaatziekten. De beste manier voor een roker om het vaak dodelijke eindstadium van de ziekte te ontlopen is
stoppen met roken.
Alle huisartsen die een 35- tot 70-jarige roker op hun spreekuur krijgen kunnen dreigend COPD effectief opsporen. Het afnemen van een korte vragenlijst en een korte longfunctietest is voldoende. Daarmee kunnen huisarts en assistente binnen vijf minuten vaststellen of iemand op het punt staat een COPD-patient te worden.
Dat concluderen onderzoekers van de Universiteit Maastricht onder leiding van prof.dr. Onno van Schayck uit hun case-finding-studie onder 651 patiënten in twee Limburgse huisartspraktijken
(British Medical Journal,
1 juni). Mensen die
in
die twee praktijken op het spreekuur kwamen kregen, als ze rookten en tussen de 35 en 70 jaaroud waren, de vraag
of ze aan het onderzoek mee wilden doen. Als ze meededen, gaven ze antwoord op acht vragen (zoals: Zijn er longziekten bij u in de familie? Hoest u de laatste jaren veel? Bent u snel kortademig? Heeft u een piepende ademhaling?) en bliezen ze op een spirometer, waarmee de kracht
en het luchtvolume van een uitademing kan worden gemeten.
Eén op de drie rokers met hoestklachten, piepende ademhaling en kortademigheid bleek een verhoogd risico op COPD te hebben. Dat hogere risico bestaat als de uitslag van de
‘blaastest’ lager dan 80 procent was van de waarde die normaal is bij iemand van gelijke leeftijd, geslacht en lengte. Als alle rokers van 35 tot 70 jaar worden getest, dan zou een huisarts die elke dag iemand test eenmaal
per week een patiënt vinden met een hoogrisico op COPD. Die
case finding kost huisarts en praktijkassistente (die de vragenlijst afneemt en de spirometertest doet) nog geen half uur per week. De tijdsbesteding in de huisartspraktijk kan verder naar beneden als alleen
de rokers die ook hoesten, kortademig zijn en een piepende ademhaling hebben de spirometertest afleggen. Dan is één op de drie getesten een roker met een hoog risico op COPD.
Wel moet de huisarts daarna met de patiënt de ‘en wat nu?’-vraag bespreken. Stoppen met roken is dan het dringende advies. Effectieve geneesmiddelen die dreigende COPD voorkomen zijn er niet.
(WIM KOHLER)
Bron: NRC, 1 juni 2002
|